Oftewel, mijn opiniestuk gepubliceerd op de website van De Volkskrant van 2 december 2011. Hier treft u de link, onderstaand de tekst in geval de link ooit verdwijnt. Altijd leuk om De Volkskrant, en haar wat linksige lezers een beetje te stangen. Dan vond de redactie blijkbaar ook, want ze publiceerden het stuk en het werd dat weekend zelfs het op één best gelezen artikel
‘Youp en Govert, het moet nog veel rechtser’
Ons land wordt realistischer, weeffouten uit het verleden worden momenteel hersteld en op allerlei gebieden worden de verhoudingen tot de juiste proporties teruggebracht. De reactie van Govert Schilling en Youp van ’t Hek is buitenproportioneel, emotioneel en irrationeel. Dat stelt ondernemer Ardjan Langedijk.OPINIE – Ardjan Langedijk2 december 2011, 15:41
Op vk.nl verscheen afgelopen maandag een opinieartikel van
Govert Schilling, geïnspireerd door een column van Youp van ’t Hek en
gevoed door een enorme frustratie met het huidige kabinetsbeleid en de
gedoogconstructie. Gezien de veelheid aan artikelen en reacties van
lezers op de site (en in andere media) met dezelfde strekking kun je
niet anders concluderen dan dat een grote groep Nederlanders dit gevoel
deelt.
Toch zijn er ook vele Nederlanders die het huidige
kabinet en het gevoerde beleid (van harte) ondersteunen, en die de
gedoogconstructie accepteren danwel gedogen. Volgens de peilingen steunt
nog steeds vrijwel de helft van de bevolking de genomen stevige
maatregelen, in schril contrast met bijvoorbeeld het vorige (en meer
gematigde) kabinet, dat bij lange na niet die steun genoot onder de
bevolking. Hoe kan dat toch? Vanuit rechtse hoek geef ik mijn visie
waarom nog steeds zoveel Nederlanders dit voor linkse mensen
onuitstaanbare kabinet steunen.
Nooit tevreden
Allereerst
is het verhelderend begrippen ‘links’ en ‘rechts’ eens internationaal
te bezien, buiten de Nederlandse situatie. Op de links-rechts-schaal
bevindt Nederland zich internationaal ongetwijfeld ter linkerzijde,
gelet op de mate waarin de democratie tot in de haarvaten van onze
samenleving is doordrongen, de verregaande inkomensnivellering (ook al
houden bepaalde politieke partijen maar vol dat de verschillen te groot
zijn – sommige mensen zijn nooit tevreden) en de omvang en kwaliteit van
de verzorgingsstaat.
Naar internationale maatstaven is
Nederland een zeer ‘sociaal’ land. In veel opzichten hebben we een
maatschappij gecreëerd die de ‘echte socialisten’ (zoals bijvoorbeeld in
de voormalige Sovjetunie) voor ogen stond, met vrijwel gratis
onderwijs, goedkope gezondheidszorg en een ruimhartig sociaal stelsel.
Vergelijk dit eens met de veel rechtsere VS, of zelfs Groot-Brittanië.
Aangezien het CDA de afgelopen decennia in het centrum van de macht
heeft gestaan kun je niet anders concluderen dan dat het CDA
internationaal gezien een partij is die links van het midden staat, en
zelfs de VVD is hooguit gematigd rechts. In dit verband kun je stellen
dat de democratische partij in de VS en president Obama onze VVD met
gemak rechts inhalen!
Het valt niet te ontkennen dat anno 2011 en
met het huidige kabinet Nederland zich politiek naar rechts beweegt,
een ontwikkeling die mijn inziens onontkoombaar en wenselijk is. Daar
denken Schilling, Van ’t Hek en vele anderen blijkbaar heel anders over.
Gezien de diepe frustraties die zij voelen is hier meer aan de hand dan
(tijdelijk) ongewenst politiek beleid. Waar schuilt die frustratie dan
in? Voor zover die frustratie wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van
een bepaald persoon, die zijn afkeer van de islam niet onder stoelen of
banken steekt en die een cruciale rol in de gedoogconstructie en in
zijn beweging speelt, is deze begrijpelijk, ook voor ondergetekende.
Volwassen
Maar
daar waar de frustratie wordt gevoed door een gevoel dat ‘de hardheid
en harteloosheid van Nederland toeneemt’ – om maar een greep te doen uit
de vele citaten van bovengenoemde personen, heb ik daar geen enkel
begrip voor. In tegendeel, Nederland wordt eindelijk een volwassen land
na enkele decennia ver boven de eigen stand te hebben geleefd! Ons land
wordt realistischer, weeffouten uit het verleden worden momenteel
hersteld en op allerlei gebieden worden de verhoudingen tot de juiste
proporties teruggebracht. De reactie van Schilling, Van ’t Hek en
anderen is buitenproportioneel, emotioneel en irrationeel, daar ben ik
stellig van overtuigd. Graag licht ik mijn standpunten toe, die bewust
of onbewust, door een groot deel van de Nederlanders worden gedeeld.
Crisis met een hoofdletter C
Wat
bedoel ik met ‘boven haar stand geleefd’? Dat Nederland te veel en te
gemakkelijk geld heeft verplaatst van actieven naar in-actieven, en te
weinig verplichtingen heeft opgelegd aan de inactieven om ook actief te
worden. Dat kon misschien in een tijdperk van grote gasinkomsten, weinig
internationale concurrentie en zonder crisis met een hoofdletter C.
Maar nu niet meer. Het gaat te ver om alle kabinetsbesluiten hier door
te nemen en te beoordelen. Interessanter en relevanter is om de grote –
ideologische – lijn in die besluiten te herkennen en beoordelen.
Ten
eerste valt op in verschillende besluiten dat de regering de verhouding
tussen arbeid en uitkering wijzigt. In de toekomst zal iemand (wiens
gezondheid dat toestaat) die een bijstandsuitkering ontvangt daarvoor
een tegenprestatie moeten leveren, anders dan nu. Ik vind dat natuurlijk
en logisch, en eigenlijk is het verbazingwekkend dat het nu nog niet
het geval is. Men zou het liefst de duur van de WW-uitkering ook flink
willen inperken en de ontslagprocedure veneenvoudigen maar de
gedoogpartner houdt dat zoals bekend tegen. We trekken honderdduizenden
Oost-Europeanen aan om voor ons het vuile werk te verrichten terwijl we
zelf over honderdduizenden werklozen beschikken. Waarom kunnen die dat
(meestal eenvoudige) werk niet verrichten? Omdat het onprettig werk
betreft en zij dat niet meer willen doen. Misschien heeft dit te maken
met de hoogte van de uitkeringen? Cynici zullen zeggen dat de lonen voor
het onprettige werk te laag zijn. Inderdaad, die kun je verhogen, om
vervolgens als bedrijf te constateren dat je wordt weggeconcurreerd door
het buitenland. Deze ideologische lijn zien we ook terug in
regeringsbeleid ten aanzien van de arbeidsongeschikten en de sociale
werkplaatsen; zoveel mogelijk wordt getracht om inactieven weer actief
te maken, naar mogelijkheden – een uitstekende tendens!
Kinderdagverblijf
Een
verminderende toewijzing van staatsmiddelen aan verschillende sectoren
is overal zichtbaar en voelbaar, en steevast wordt er flink geklaagd.
Neem de kinderopvang. Als ervaringsdeskundige weet ik dat professionele
opvang in een kinderdagverblijf netto zo’n 6,75 euro per uur kost per
kind. Daarvan vergoedt de overheid minimaal 30 procent, de kosten voor
ouders bedragen maximaal ongeveer 4,75 euro per uur per kind. De
gemiddelde kosten voor ouders bedragen in 2011 ongeveer 1,65 euro per
uur per kind, oftewel 26 procent van de werkelijke kosten. Dat
percentage en die kosten gaan in 2012 omhoog. Ik kan me goed voorstellen
dat mensen die geen ervaring hebben met de kinderopvang opkijken van de
lage kosten van kinderopvang in Nederland. Zelfs als deze kosten
enigszins omhooggaan, zullen ouders dan besluiten om hun baan op te
zeggen? Nauwelijks natuurlijk, net als bij een vergelijkbare
kostenverhoging in het verleden, en anders dan GroenLinks en andere
oppositiepartijen ons doen geloven op basis van onderzoekjes in eigen
kring. Want de functie van arbeid is veel breder dan het overhouden van
een x-bedrag na gemaakte kosten.
Ik wijs tevens op het bestaan
van de mogelijkheid voor opa’s en oma’s om geld te kunnen ontvangen van
de overheid voor de opvang van de eigen kleinkinderen, om de decadentie
van het huidige systeem aan te geven.
Cultuursector
Vergelijkbaar
is de situatie in de cultuursector, waar ook moord en brand wordt
geschreeuwd om de ‘onmogelijke’ kortingen. Dat het niet onlogisch is dat
een bestaand bestel van tijd tot tijd wordt herzien, zeker als het
nogal in zichzelf is gekeerd, is aan die sector niet besteed. ‘Het
Nederlandse subsidiestelstel voor de kunst is ineffectief en
bureaucratisch. Het subsidiestelsel van Groot-Brittannië, waarbij
culturele instellingen evenveel subsidie krijgen als zij zelf aan
inkomsten binnenhalen, is doeltreffender. Dat blijkt uit een
vergelijkend onderzoek naar kunstsubsidies in Europese landen door de
Universiteit van Antwerpen, meldt NRC Handelsblad’. Ik las dit met
interesse afgelopen september op en wachtte op de reacties uit politiek
en kunstsector, maar tevergeefs.
Gezondheidszorg
De
meest groeiende kostenpost in Nederland is de gezondheidszorg. Ingrepen
van de Rijksoverheid zijn onontkoombaar in de huidige tijd. Volgens
PvdA-econoom Sweder van Wijnbergen doet minister Schippers dat op
briljante wijze. Dat het eigen risico wordt verhoogd en niet-relevante
medicijnen en behandelingen uit het basispakket worden gehaald, is niet
meer dan logisch. Dit past in de regeringsideologie ‘eigen
verantwoordelijkheid’, waarbij ik wil toevoegen dat bij alle
verzekeringen zou moeten gelden dat mensen alleen de grote risico’s
dekken en het kleinere leed zelf oplossen, met flink lagere premies tot
gevolg.
Waanidee
De huidige regering komt
meer op voor slachtoffers (van geweld) en tracht het de importantie van
het slachtoffer, in zowel de nazorg als in de rechtszaal, te vergroten.
Daarnaast is er een tendens tot strafverhoging. Al deze maatregelen
kunnen rekenen op grote steun onder de Nederlandse bevolking, waarbij
men zich verbijsterd kan afvragen hoe het ooit heeft kunnen gebeuren dat
het omgekeerde het geval is geweest. Ik merk op dat in linkse kringen
(zie de tegensputterende rechters en hun politieke voorkeuren) de
interesse met daders altijd groot is geweest, omdat zij door hen als het
werkelijke slachtoffer werden gezien. Laten we de huidige tijd prijzen
waarin dit waanidee naar de achtergrond geraakt.
Het
regeringsbeleid ten aanzien van de natuur en duurzaamheid werkt bij
links als een rode lap op een stier. Ik interpreteer het huidige beleid
van minister Verhagen als volgt: we werken aan duurzaamheid binnen de
grenzen van het economisch toelaatbare. Immers, zoals we allemaal weten
kost duurzaamheid nu eenmaal geld. Voor degenen die dit beleid laken en
bereid zijn om 10-20 procent inkomensverlies op de koop toe te nemen
voor een duurzaamheidsbeleid met een hoofdletter D heb ik groot respect.
Voor de overige 97 procent critici die hun ongenoegen met de mond
belijden maar daarvoor geen serieus financieel offer willen maken heb ik
geen enkel respect.
Staatssecretaris Bleker kreeg ook alles en
iedereen over zich heen die iets met natuur in Nederland heeft te maken,
met zijn beleidsvoornemens om een deel van de oorspronkelijke en
utopistische plannen tot natuuruitbreiding in Nederland terug te
draaien. Ik merk daarbij op dat, en zeker in de huidige roerige tijden
en klimatologische veranderingen in het verschiet, de importantie van
meer landbouwgronden en een grotere mate van voedselonafhankelijkheid
geen kwaad kan voor Nederland. Daarnaast neemt onze bevolking nog steeds
gestaag toe (en zouden veel mensen graag wat groter willen wonen).
Tenslotte, de perceptie van schoonheid is subjectief; menigeen fietst of
wandelt liever door weilanden met koeien dan door bossen.
Nederland
blijft een tamelijk links land, zelfs met de huidige
regeringsbesluiten. Nog vorige week werden de gevolgen van het
kabinetsbeleid voor de salarisstrookjes in 2012 bekendgemaakt, en
concludeerden de administratiekantoren dat de hogere inkomens er op
achteruit gaan, in tegenstelling tot de lagere inkomens. Het bleef stil
bij de linkse oppositie. Voor ondergetekende, en velen met hem, zijn de
ideologische bakens die momenteel worden verzet niet meer dan logisch en
was en blijkbaar een flinke crisis voor nodig om een regering te
formeren die dergelijk beleid kon creeren. ‘Wij’ hebben ons tientallen
jaren vertwijfeld afgevraagd in wat voor land we leefden, waar velen
rechten hadden maar nauwelijks plichten, waar arbeid nauwelijks hoger
werd aangeslagen dan het ontvangen van een uitkering, waar zo
gemakkelijk subsidies werden vergeven, waar slachtoffers van geweld met
de neus werden aangekeken, etc. etc.
In dat licht bezien worden
momenteel met verve weeffouten uit het verleden gecorrigeerd en wordt
Nederland een kwalitatief beter en leefbaarder land. In plaats van die
eindeloze frustraties doen Schilling en Van ’t Hek er beter aan de
situatie in Nederland met meer ratio te bezien, daarbij hun eigen leven
aangenamer makend.
Ardjan Langedijk is ondernemer.